Onderzoeksvaardigheden

INTRODUCTIE
De zoektocht naar informatie
Tegenwoordig is alles in een paar seconden op te zoeken op het internet, dat was vroeger heel anders. Mensen moesten toen op zoek naar boeken in de bibliotheek, krantenartikelen verzamelen of een gesprek voeren met een ‘expert’. Vroeger had je dus het voordeel dat de informatie die je kreeg bijna altijd klopte omdat het al gecontroleerd was. Omdat er tegenwoordig vooral online gezocht wordt, via bijvoorbeeld Google of op Wikipedia, is het belangrijk dat je zelf leert te controleren of informatie correct is of niet.

Daarnaast is het belangrijk dat je leert waar je het beste naar (correcte) informatie kan zoeken. Het is vervelend als je voor een werkstuk uren aan het zoeken bent omdat je geen beginpunt hebt. Om dat te voorkomen gaan we jullie een aantal trucjes en werkwijzen leren, zo weet je zeker dat je op de juiste manier bezig bent.

Als stappen nemen we:
  1. Waar wil je meer over weten en heb je specifieke vragen?
  2. Brainstormen over het onderwerp (maak een mindmap of woordweb)
  3. Zoeken op internet (of in de bibliotheek) naar de uitkomst van het brainstormen
  4. Controleer de bronnen en denk logisch na voordat je de informatie op gaat slaan (is het betrouwbaar?)
  5. Alle gevonden informatie (tekst, video’s en afbeeldingen) verzamelen en sorteren op een goede manier
Maak de opdrachten (die staan in het groen) voor zover dat mogelijk is in één document.
Het is handig om dit in Google Documenten te doen, maak een nieuw bestand aan in de map Informatiekunde op jouw Google Drive.

Share by: